DLDT 2025: Mijn eerste tocht op het Wad

Sinds de doop van Leentje, onze Cruiser Longboat nr. 581, in 2018 vaart Hans van den Berg al een aantal jaren waddentochten van de NKDE. Hij heeft er zoveel plezier in, dat ik de sprong eens wilde wagen op voorwaarde van goed weer. Ik werd op mijn wenken bediend en De Langste Dagtocht met JUNO, JOOP, Tyke en Kanarie werd een onvergetelijk avontuur!

In tien dagen ankerden we op vele wonderschone platen en stranden van 4 eilanden: Schiermonnikoog, Ameland, Terschelling en Vlieland. Midden in de natuur net buiten de vogelbroedgebieden. Lange dagen zo dichtbij genieten van de veranderingen van het licht, de kleuren van water en lucht, schelpen, kwallen, vogels en zeehonden op de platen. Vele zonsondergangen, iedere dag een feest voor het oog. Wandelingen op zand met blote voeten of laarzen tot de vloed opkomt en baden met zout water.
In deze periode van de langste dag op het wad beleef je meerdere dagen in 1 dag. En het is bijzonder dat zo weinig anderen dat meemaken.

Het meest uniek vind ik dat je de Waddenzee niet zo kan overvaren. Nooit geweten dat het zeilen zo wordt bepaald door de getijden naast de wind. En dat de stroming en wind en ook nog de hoogte van het hoogwater bepalen wanneer je over het wantij komt. Dagelijks was er ruime aandacht voor het vaarplan dat we onder supervisie van onze admiraal Michel Maartens bij het palaver maakten. Naar West van EB16, Paesens Rede, 3270 van ZS10, West van KB17, onder de Wierschuur.


Bij zonsondergang vanaf de Spathoek Terschelling varen we met de ebstroom en wind mee de Noordzee op. En dan midden op zee in het donker terug de vloedstroom weer oppakken, langs de verlichte boeien tot je onder Vlieland ergens vastloopt.

Om 4 uur de wekker om op het allermooiste plekje bij het Posthuiswad te ankeren met uitzicht op Kroon’s polders.

Na een week oefenen voelden Hans en ik ons bekwaam de terugreis van het westelijk naar oostelijk wad zelf te plannen. En die was erg spectaculair, vóór de verwachte storm uit! Bij 40 cm water rond 17 u anker op en met nauwelijks wind van het Posthuiswad weggevaren tot aan de Staart van Schieringhals. Daar maken we een nachtelijke tijstop en liggen een paar uur moederziel alleen midden op zee in ons bedje te klotsen.

Om 2.30 u anker op en met stroom mee via een volledig verlaten Blauwe Slenk zeilen we naar Harlingen. In de vroege ochtenduren bij laag hoogwater met ruime wind sturen we op de riem over het lange wantij van 7 mijl tussen Kimstergat en Vingegat. Moe maar voldaan bereiken we om 10 uur de haven van Nes. Daar besloten we om na een paar uur slaap bij wind 4-5 Bft uit het westen en opkomend tij de haven weer te verlaten en via het Friesche Wad en Wierumerwad naar Lauwersoog te gaan.

Na 66 mijl in iets meer dan een etmaal varen zijn we terug waar we begonnen. Na een nachtje in de vissershaven, hadden we om 8 uur de sluis voor ons alleen en spoelden het zout af in het Lauwersmeer. Bij de eerste slagregens smaakte de Strammer Max bij het Booze Wief enorm goed!

Op Leentje is het knus en er was veel tijd voor rusten, koken, lezen, zonnebaden. In de nabijheid van de andere boten voelde ik me welkom in de club van de schippers. Op de eerste bonte avond, tevens mijn verjaardag, op de Paesens Rede serveerde Hans kokkels en zeekraal met noedels en was het ijs snel gebroken. Bij ons laatste palaver op het Posthuiswad op 21 juni blikten we samen terug op deze prachtige DLDT.

Marleen Schönherr