Castor en Pollux in de Limfjord

Met zo veel mooi en bevaarbaar water binnen autobereik kunnen we moeilijk kiezen voor de zomervakantie met onze lugger Castor en Pollux. De binnenwateren nabij Stockholm vallen af vanwege de afstand. 1500 km heen en ook weer terug snoept te veel vakantiedagen op die beter varend doorgebracht kunnen worden. We doen inspiratie op na het herlezen van het leuke en informatieve artikel in de Waterkampioen van Theo Kampa (Tinteling in Sprookjesland, ook weergegeven in de Electrobad). Het grote Limfjord-gebied met zijn vele eilanden, havenplaatsjes en baaien ziet er perfect uit als vakantiebestemming en 800 km is met een goede trailer makkelijk in een dag te doen.

Van 8 jaar terug herinneren we ons dat Denemarken duur is (inmiddels niet meer zo). Vooral wijn en sterke drank kunnen een forse hap uit het vakantiebudget nemen. Meenemen in de auto is niet zo lastig, maar waar laten we de drank aan boord? Alle bergruimte is al zo’n beetje vol. Na wat passen en meten blijkt in de kim, onder de vlonders, 4 flessen van het Bordeaux type te passen; 2 aan iedere kant van de zwaardkast. Ik zaag nog even snel 2 plexiglas plaatjes op maat, elastieken er omheen om de flessen vast te houden en Castor en Pollux heeft een heuse wijnkelder met twee flessen Franse wijn aan bakboord en een Italiaan en Chileen aan stuurboord (hoezo medelijden met die mensen in dat kleine bootje). We beperken ons tot rode wijn, witte wijn in ongekoelde staat is niet echt een genoegen. Aangevuld met wat kleine flesjes port en Muider Schipperbitter is het borreluurtje veilig gesteld.

Bij de laatste controle van Castor en Pollux blijkt dat de naden van de fok hier en daar hebben losgelaten. Omdat de zeilmaker geen tijd heeft, ben ik zelf maar achter de naaimachine gaan zitten en heb met polyester zeilgaren alle naden verstevigd met de grootst mogelijke zig-zag steek. Dat valt niet tegen, voortaan ook maar mijn eigen kleding maken.

zaterdag 25 juni – zondag 26 juni:
Het inpakken van alle spullen gaat redelijk snel met behulp van onze checklijsten.
Alles zit in goed sluitende waterdichte dozen en tassen want het wil nog wel eens nat zijn aan boord van zo’n lugger.
De rit naar Denemarken verloopt voorspoedig.
Na een overnachting op een camping met een zeer enthousiaste beheerder die ons uitbundig uitzwaait alsof wij de beste gasten in jaren zijn,
komen wij zondag rond 11 uur in de ochtend in Struer aan.
Een plaatsje gekozen om zijn centrale ligging en zijn goede openbaar vervoer verbindingen.
Struer heeft ook de grootste jachthaven van de Limfjord met ca. 400 boten.
Dat de havenmeester niet werkt op zondag is geen probleem.
Een stukje verder in de vissershaven is een mooie ruime publieke helling.
De auto en trailer kunnen op het terrein van de jachthaven blijven staan.
Alles gratis. Binnen 2 uur ligt Castor en Pollux zwaar beladen te wiegen van ongeduld.
Op deze zonnige zondag is het uitzonderlijk rustig op het water.
We varen mooi aan de wind, kracht 4 later aantrekkend tot 5 (meteen maar een dubbel rif gezet) in ruim een uur over de Venø Sund naar de haven van het eiland Venø,
waar verder nog maar 1 andere gast ligt.
De wind trekt aan tot 6 maar uit de zwaar bewolkte lucht valt geen regen.
Gelukkig liggen we enigszins beschut en komt de wind redelijk op de punt zodat we ons voorlopig geen zorgen hoeven te maken dat de tent op de boot blijft staan.

maandag 27 juni – dinsdag 28 juni:
De wind is nog niet afgenomen en zit nog steeds ongunstig in de noordhoek.
Van de havenbeheerster annex winkelmevrouw mogen we gratis de (wat roestige maar prima functionerende) huurfietsen gebruiken.
Ze staan niet op slot (sloten worden zelden gebruikt op Venø, ook huizen, auto’s, kerken etc. worden niet afgesloten).
De fietstocht onthult een mooi, rustig eiland met een gevarieerd landschap waar ook het kleinste kerkje van Denemarken te bewonderen valt.
De volgende dag waait het nog iets harder.

De lokale bus brengt ons in 50 minuten (inclusief korte overtocht met het veer) naar Struer waarna we met de auto een mooie tocht maken. Terug in Venø krijgen we van de vriendelijke havenvrouw gratis douchemuntjes en een ansichtkaart als troost voor het niet kunnen uitvaren.

Later op de avond komt de havenmeester vragen of alles in orde is; hij wil van havengeld niet horen, vertelt waar de leenfietsen staan, en dat we ook in het zeilershuis mogen slapen of in het vissersmuseum. Gastvrijheid is een mooie Deense eigenschap. Bij terugkomst van een fietstochtje loopt er een Nederlandstalige mevrouw de steiger op die al voor het 20ste jaar het Limfjord bevaart en voor ons (heel attent) een pak infomatie over het gebied en een recente uitgebreide weersverwachting meebrengt.

Voor zover we begrijpen wordt het huidige weer in het Limfjord bepaald door het verwachte weer van een week later ergens op de Noordpool. Mogelijk komen er ook onweersbuien uit Belgiё deze kant op. Zo, dat is goed om te weten. We zullen er rekening mee houden. De informatie over havenplaatsjes en een exemplaar van de Limfjord havengids in tijdschrift formaat aanvaarden we in dank.

donderdag 30 juni:
Een onbewolkte, warme zomerse dag met weinig wind. Dobberend en roeiend beginnen we aan ons rondje om Mors, het grootste eiland van het Limfjord.
Over de Kas Bredning en Salling Sund naar Doverodde.
Het traject is prachtig met allerlei baaitjes, eilandjes, moerasgebiedjes, strandjes en vooral rust.
We komen maar 3 andere boten tegen vandaag.
In verband met het Spaanse weer en gebrek aan wind roeien we een strandje op en houden maar uitgebreid siesta (hapje, drankje, boekje, slaapje).
Halverwege de middag komt er wind en een paar uur later varen we Doverodde binnen.
Open boten betalen een liggeld van 15 DKR (ca. EUR 2) per dag inclusief gebruik van douches en de faciliteiten (koken) in ‘het seilershus’.
Met prima huurfietsen maken we een prachtige tocht, gedeeltelijk door de bossen.
’s Avonds maken we een heuse Jazzavond mee op het dorpsplein.
Na afloop om 23.00 uur is het net te donker om nog wat te lezen. Dan maar lekker in de slaapzakken.

vrijdag 1 juli:
Met een verse voorraad broodjes en ‘Danish pastry’ vertrekken we naar Thisted (ca. 15 mijl) over de Nees Sund,
Visby Bredning, de Vilsund en Thisted Bredning.
De wind komt gunstig uit het oosten voor dit stuk naar het noorden.
Na de brug in Vilsund draait de wind wat zodat er nog wat opgekruist moet worden het laatste stuk.
Om 19.00 uur meren we af in de weinig sfeervolle (te grote) haven van Thisted waar volop gebouwd wordt.
Er wordt weer druk gebarbequed. In Denmarken blijkbaar de nationale sport.
Overal zijn (openbare) bbq’s geїnstalleerd. Vlees is echter alleen in familie-verpakking te verkrijgen. Voor ons niet handig.
De verse tagliatelle met garnalencurry en een glaasje wijn uit eigen kelder smaken prima.

zaterdag 2 juli:
We bekijken Thisted en gaan rond het middaguur met zeer warm weer naar het 12 mijl verder gelegen kleine vissersdorpje Amtoft,
gedeeltelijk door het smalle Feggesund.
Weer lokt de siesta, we gaan voor anker in kniediep water en blijven aan boord om nog enige verkoelende wind te vangen.
Het lijkt de Middellandse Zee wel. Handig dat we al die truien, handschoenen, mutsen en dikke sokken hebben meegenomen.
Begin van de avond komen we kruisend het haventje van Amtoft binnen zeilen/roeien waar ook weer een volledig ingericht ‘seilershus’ ter beschikking staat.
Er is een supermarkt met fietsverhuur.

zondag 3 juli – maandag 4 juli:
Zondag maken we een fietstocht van ca. 40 km naar authentieke Lildstrand aan de Noordzeekust.
De kleine vissersboten (garnalen en krabvissers) van Lildstrand worden met grote lieren op en van het strand getrokken.
De schepen hebben laag geplaatste sleepogen en extra schuurplanken op het onderwaterschip.
De hele visserij in het gebied is kleinschalig en ambachtelijk.

Op de terugweg bekijken we een Viking begraafplaats waarop sommige graven met grote stenen gemarkeerd zijn in de vorm van vikingschepen. Maandag waait het kracht 6 uit het zuid-oosten. We willen naar Nykøbing de hoofdstad van Mors, maar 15 mijl aan de wind en tegen de hoge golven van de lage wal van het grote Løgstør Bredning is geen tochtje om zo maar even te doen. Als begin van de middag de wind draait naar het Oosten en in kracht wat afneemt tot 5 vertrekken we, volledig in het zware pak en met dubbel gereefd grootzeil. De stralende zon maakt veel goed. In de luwte van een eilandje/ondiepte liggen we 10 minuten bij om te lunchen. De siesta wordt vandaag aan de zeehonden overgelaten op het eilandje. Aan het einde van het traject trekt de wind fors aan en draait ongunstig terug naar het zuid-oosten. Het grootzeil gaat er tussenuit en ondanks dat maken we flinke schuivers. Met zo’n zwaar beladen bootje maken we met deze hoge golven te weinig vaart en te weinig hoogte. Bereikbare vluchthaventjes zijn er niet. Eigenlijk zouden we (met ruime wind) terug moeten, maar dat betekent dat we de met moeite veroverde 11 mijl opgeven. Het is nog maar 2 mijl en dan kunnen we de hoek om, om voor de wind het laatste stuk naar Nykøbing te varen. Dan maar de motor een beetje mee laten helpen om vaart te houden, en te kunnen sturen om al te hoge golven te pareren. Het blijft aardig tekeer gaan, een kermisattractie is er niks bij. Flink wat wateroverlast in de wijnkelder, die regelmatig leeggepompd moet worden. Er is verder niemand op het water (er zijn ook nog verstandige mensen). Na 45 minuten wordt de koers ruim, kan de motor uit en de druil weg. Onder alleen deels ingerolde fok stuiven we de goed beschutte jachthaven van het aardige Nykøbing binnen. Na aanleggen eerst maar even een glaasje wijn. Als we de regenpakken te drogen hebben hangen wordt regelmatig gevraagd hoe lang we er overgedaan hebben uit Nederland. Na het antwoord “óh, 24 uur” wordt er ongelovig maar bewonderend naar Castor en Pollux gekeken. Dat is me nog eens een boot! Inderdaad!

dinsdag 5 juli – woensdag 6 juli:
Het regent hard maar in de tent houden we het droog. Het is vandaag een luie dag.
Wat lezen, eten, wandelen, winkelen. We komen bij van de tocht van gisteren.
Als ook woensdag de regen nog flink valt besluiten we met de bus en trein in Struer de auto en trailer te halen.
’s Middags over mooie landweggetjes het eiland Mors verkent met de auto.

donderdag 7 juli t/m zaterdag 9 juli:
Het is droog. Tijdens de tocht naar het mooie eiland Fur spotten we een wel heel bijzondere zeehond.
De Drascombe Cruiser ‘White Seal’ van Frans en Margot komt ons tegemoet, wat een toeval.
Helaas gaan ze de richting uit waar wij al geweest zijn en omgekeerd
en hoewel we sms-contact houden over onze bewegingen lukt het niet gezamenlijk ergens voor anker of afgemeerd te raken.

Fur is een mooi wandel- en fietseiland. De haven is van alle gemakken voorzien. Als grote partytenten worden opgebouwd voor de jaarlijkse wandelronde om het eiland met aansluitend bierfeesten weten we dat we weg moeten zijn. Het is inmiddels tropisch warm. We varen zaterdagochtend een mooi en rustig strandje op. Een beetje lezen onder de parasol en lekker zwemwater voor de deur compenseren het gebrek aan wind. De eerste lopers komen al om 11.00 uur voorbij gesnelwandeld. Om 15.00 uur steekt de wind op en duwen we af voor het 8 mijl verder gelegen eilandje Livø, waar we in het piepkleine haventje het laatste plaatsje innemen. ‘s Avonds zijn de Denen weer fors aan het bbq’n. Hele kippen worden op het te hete vuur getransformeerd tot zwartgeblakerde, gekrompen maar nog ongare kluiven. ‘s Morgens omwandelen we het auto-en fietsloze eiland, waar kleinschalig toerisme en biologische landbouw de enige activiteiten zijn.

zondag 10 juli – donderdag 14 juli:
Met ruime wind uit de noordhoek varen we zondag naar Hvalpsund gedeeltelijk over de Risgarde Bredning.
De ondieptes waar de Denen ruim omheen varen bestaan voor Drascombe-varenden natuurlijk niet.
Hvalpsund is een aardig vissersplaatsje met goede faciliteiten.
Wasmachine, droger, fornuis en douches kunnen gratis worden gebruikt.
De volgende dag zijn we van plan om verder naar het zuiden af te zakken de Hjarbaek Fjord in.
Als we in de vaargids lezen dat in deze tijd van het jaar en met warm weer daar een ware muggenplaag kan heersen
gaan we terug naar het noordelijk gelegen Fur en de dag daarop naar Amtoft.
Het einde van de vakantie nadert. Woensdag waait het hard en net uit de verkeerde hoek om comfortabel terug naar Nykøbing te varen waar auto en trailer staan.
We huren fietsen voor een halve dag en rijden in een paar uur over prachtige en rustige weggetjes naar Nykøbing;
proppen de fietsen achter in de auto en rijden vervolgens met trailer terug naar Amtoft.
Met de grotendeels uitgeladen boot (wat een verschil) verkennen we de laatste ochtend nog wat ondiepe baaitjes en kustgebiedjes.
Dat we af en toe vastlopen is niet problematisch met dit rustige weer. De bodem is mooie zandgrond.
’s Middags de boot op de trailer, alle spullen ingepakt en op naar huis. Hier komen we zeker nog eens terug.

Informatie:

  • Het Limfjord-gebied heeft een wateroppervlakte gelijk aan een aantal malen het IJsselmeer, maar meer verdeeld in stukken door de vele (schier)eilanden. Er zijn ca. 25 haventjes op makkelijk (dag/ halve dag) te bevaren afstanden van elkaar. De totale capaciteit van de haventjes in dit gebied is klein zodat het (voor Nederlandse begrippen) altijd rustig is. Navigatie en (golf)omstandigheden zijn vergelijkbaar met die op het IJsselmeer. Op de grotere Løgstør en Livø Brednings kan het wat ruwer zijn. Er is altijd wel een herkenbaar (kerktorentje) oriёntatiepunt om een peiling op te nemen.
  • In de buurt van de havens is meestal wel een goed gesorteerd winkel(tje) met o.a. vers brood (ook op zondag). Fietsen lenen of huren is vaak mogelijk. Verder kunnen de faciliteiten in ‘het seilershus’ (vaak met kampeerterrein) gebruikt worden, zodat het gebied ook te bevaren is met een open boot en separate kampeeruitrusting. Bijna iedere haven heeft een goed bruikbare en gratis trailerhelling. Verder talrijke beschutte ondiepe baaitjes waar het goed ankeren is in de zandgrond (hier en daar wat kiezel, staat op de kaart goed aangegeven).
  • Wij hebben de uitstekende kaartenset van Delius Klasing Sportbootkarten (set 6) gebruikt waar ook een boekje bij zit met allerlei informatie o.a. de coördinaten van de meeste bakens voor in de GPS, een korte beschrijving en plattegrond van alle havenplaatsjes, gebruikte seinen bij en bedieningstijden van bruggen (3 stuks), uitzendfrequenties weerberichten etc.
  • De Törnfǜhrer Dänemark 1 uitgegeven door Delius Klasing geeft wel uitgebreidere info maar is niet strikt noodzakelijk (meeste informatie gaat over andere Deense vaargebieden).
  • Het gratis tijdschrift met havengegevens uitgegeven door Jutland geeft zeer nuttige additionele informatie. (We hebben een exemplaar over voor geїnteresseerden, rob.moot@wanadoo.nl).
  • Prijspeil in Denmarken voor de dagelijkse boodschappen en in de horeca is ongeveer gelijk met dat in Nederland. Havengeld varieert per plaats (van EUR 2 tot EUR 12).
  • Bus en treinverbindingen zijn over het algemeen uitstekend in het gebied.

Rob Moot en Karin Kemp.