Omslaande Booby’s (deel 3)

Licht in de duisternis

Graag geef ik een toelichting zoals gevraagd op de website en dank ik Jeroen voor zijn licht op “Loving You” en de veren in haar spiegelbun. Ik heb er inderdaad naar eigen inzicht en proefondervindelijk veel aan veranderd ten opzichte van het origineel. Dit heb ik gedaan omdat we niet tevreden waren over de lichtweereigenschappen. We zijn van de randstad naar Gaastmeer verhuisd, waar we nu alweer 8 jaar wonen. En het leek ons heerlijk om na het avondeten nog lekker wat op de meertjes rond te toeren, echter dan valt de wind vaak wat weg als het mooi weer is en daar wilden we wat aan doen. Dit met het idee dat je teveel tuig makkelijk weg moet kunnen nemen mocht het wel lekker waaien. Daarbij stelden we erg hoge eisen aan zeileigenschappen en dit leidde tot “Loving You” (sommigen zouden zeggen koop dan een nieuwe boot zoals een J24 of iets dergelijks maar de lijnen van een drascombe zijn “het” wat je bij je hart grijpt), die nu als bonus erg snel surft in zwaar weer.

Het onderwaterschip heeft dan ook niet meer dezelfde vorm als het origineel. Waar het origineel vanaf het midden naar de bun toe weer omhoog trekt loopt hij nu veel rechter. Hoeveel graden dit scheelt, zou ik niet kunnen zeggen daar ik dat op het zicht bepaald heb bij de herbouw.
Er zit nu een driftbeperkende doorlopende kielbalk onder en een gigantisch roerblad dat wegens zijn grootte niet helemaal in de kielbalk verdwijnt bij het ophalen c.q. oplopen. Wel is het roer er vrij makkelijk in zijn geheel uit te tillen en zeilt ze net als het origineel prima op de dol. Het zwaard bestaat echter uit twee delen en het bovenste deel kun je wel helemaal in de kast ophalen bijvoorbeeld voor op het wad. Hiervoor dien je dan het onderste deel (met de ballast) te verwijderen door 8 verzonken imbusbouten los te draaien.

En nu zijn we bij het omslaan beland: we hebben het over twee keer, maar ik dien even op te biechten dat ik op de terugweg van het zomerweekend in 2004 al een keer ben omgeslagen, zonder zeil op te hebben ook nog! Dus ik schaam me diep………
Tijdens een bui was het zo hard gaan waaien dat ik al het zeil weggenomen had en op het Veluwemeer voor de wind wegliep tussen die eilandjes door, toen ik in de vaargeul, 500 meter bakboord van me een motorboot zag omslaan die dwars op de wind en golven was gekomen en daar wilde ik heen om te helpen en ik maakte dezelfde fout……………… Het kajuitdeurtje stond open vanwege onze hond Zoë die toen nog erg jong was en in die omstandigheden graag de baas in het oog hield vanuit de kajuit. En die liep dus vol…. De luchtkasten en het afgesloten achteronder bleken genoeg te zijn om haar goed drijvend te houden en de pomp had haar kajuit zo weer leeg, maar niet droog. Het Veluwemeer was daar zo ondiep dat van doorkenteren ook geen moment sprake is geweest. Overigens was er tijdens dit kenteren nog geen sprake van het onderste deel van het zwaard. De mensen van de motorboot zijn trouwens gered door de reddingsbrigade. Booby (zoals onze boot toen nog heette) heeft geen hulp van buitenaf nodig gehad.

Bij het kenteren op het Veluwemeer werd door mij toen nog niet meteen aan een chronisch tekort aan stabiliteit gedacht, dus werd er lekker verder gezeild en veranderd (schootje zo stagje zus etc.) en nadat me opviel dat ik wel erg veel hoogte verloor na een wending bij het laveren in sloten en vaarten besloot ik daar dan wat aan te doen en zo kwam het tweede deel van het zwaard tot stand. Dit had een geweldig effect tot gevolg, verlijeren is uit haar vocabulaire geschrapt en was ze stabieler bij het aan boord stappen. Wel moest ik nog steeds erg vroeg reven bij aan de windse koersen.

Laat in november had ik lekker even gezeild op de Fluessen en kwam met halve wind door de Yntemasloot terug op het Groote Gaastmeer vanwaar ik met zeer ruime wind op de haveningang af ging. Ik had het koud en wilde voortmaken, dus ondanks harde wind (schatting 25 tot 30 knts), rolde ik de bazaan volledig uit en ook de kluiver was vol uit geboomd. Door die kielbalk is ze, denk ik, erg koersvast geworden dus dan kun je het roer nog eens loslaten. Surfend met vol tuig (=28.2 m2) ging ik op de ingang af van de Pieter Bouwesloot waar aan het eind de haven is. Echter, hier aan lage wal, ging ze slingeren door de ver van het midden afstaande zeilpunt en golven. Tijdens het nemen van de bocht en gijpend (dus bakstagen bedienen, sturen, boom eruit, oprollen van bazaan en kluiver, echt je handen vol dus) ging het mis…… Wat er dan gebeurt vind ik moeilijk te beschrijven want alles gaat erg snel en je hebt het erg koud en je bent in doodsangst maar goed ik doe m’n best om het op te schrijven.

Nog even vooraf :ik heb 4 automatisch aanslaande bilgepompen en dan niet die van 4 of 8 ampère maar echte en 2 accu’s die het ook op hun kant prima doen, een kajuitdak dat 10 cm hoger is dan origineel (kan ik lekker rechtop boek lezen) en een heel ander zwaartepunt (want een kielbalk van bankirai, rvs zwaard en roerkast en dan het zwaard en roer zelf en het lagere gewicht van de romp zelf).

Ik was net de boom aan het uitrekken toen ze ging, ik smakte tussen kajuit en stag door het water in (je remt erg hard af). Het volgende wat ik me voor de geest kan halen, is dat ik me over het gangboord aan de lage kant (de nieuwe lage kant want ze draait met de boeg naar de wind als je platgeslagen bent) aan boord sleur. Dit terugkomen deed ze dus ook al zonder de ballast die er pas later bij kwam. Drie rollijnen ingehaald en 1 val gelost kon ik de motor starten en de haven invaren. De pompen waren al klaar toen ik nog op de stootlijst hing, nu schudde ik zo van de kou dat ik hem nauwelijks in de box kon leggen (maar ja je moet wel) en 3 minuten later stond ik thuis met zeilkleren aan onder de eerst lauwe en steeds warmere douche.

Zoë, de hond, die in de kajuit was tijdens het omslaan is hiervan zo geschroken dat ik het zeilen daarna weer echt heb moeten opbouwen voordat zij het ook weer ging waarderen.

Na dit omslaan bedacht ik me dat ze toch echt lagere masten moest hebben om niet meer in zo’n slinger te geraken, wat echter erg jammer van haar superieure lichtweer eigenschappen en haar spectaculaire veel-wind eigenschap zou zijn. Hmmmm….mischien moest ik maar eens wat minder moeilijk doen over meer gewicht, tja hoewel zou ze dan nog wel….???? Al peinzend ben ik m’n schuur aan het opruimen en kom ik loodbroden tegen… mmmm smelten…mmm ja dat is HET! Niks masten inkorten, lood in het holle kielstuk deel 2 storten.

Nu waren die twee broden alles wat ik aan lood had, maar ja 30 k.g. zal het toch wel doen dacht ik. Hierna was haar waterlijn 2 cm lager. Dat viel dus wel mee, het zeilen ging echter geweldig! Niet meer panisch schoten lossen, even later reven en nog steeds spectaculair en geweldig lichtweer, geen masten meer bij de buren in de zaling bij het aan boord stappen, in een woord HEERLIJK! Had ik veel eerder moeten doen.

In februari was het weer eens lekker zeilweer en ik ging met een matig windje lekker zeilen op het Groote Gaastmeer vol tuig dus ik bleef lekker warm door het trimmen en Zoë op het brugdek in het al wat warmte gevende zonnetje. Op het vlakke water liep ze als een speer; hele tijd tegen of op rompsnelheid en op een scherpe koers moest ik wel wat lozen maar daar heb je schoten ook voor, echter ongelukkigerwijs kwam het kussen van Zoë klem tussen de lier en de kluiverschoot tijdens lozen, en loosde ik dus niet snel genoeg………PLAT!

Ik viel in het grootzeil en zoek naar Zoë die met haar zwemvestje onder de fok dreef bij het gangboord aan de lage kant. Schoten lossen en daar dreven we alweer, stralende dag en zeiknatte zeilen en drijpende klappertandende bemanning. Het moet voor de schoolklas die net op een platbodem het meer op kwam een rare ontmoeting zijn geweest.

Conclusie: met mijn boot hoeft omslaan geen ramp te zijn, maar dan dien je je dus het volgende te beseffen: Mijn banken zijn hoger en lopen in een andere hoek dan origineel. Mijn achteronder is 100% afgesloten, de kasten onder de banken zijn een luchtkamer, er zit een groot brugdek in dus het water dat je schept lijdt nauwelijks tot vermindering van het drijfvermogen omdat er maar een klein volume voor beschikbaar is. Verder klapt het zwaard niet in, vanwege de wrijving denk ik . Je kan het zwaard namelijk ook niet laten zakken als je schuin gaat, wel omhoog maar dat gaat met een takeltje.

Toch ging ik na dit gebeuren naar Gaastra (de zeilmaker Jan Miedema) en vroeg of hij de boot wat meer lozing uit zichzelf kon geven. Dat kon gelukkig en hierna had ik verticale zeillatten in het bezaanzeil, een plankje in het grootzeil en een nieuwe 4m2 grotere kluiver die echter zo anders gesneden is dat inderdaad het lozen perfect geregeld kan worden.

Vervolgens wist Jan na een gezamelijk zeiltochtje me te vertellen dat ik klaar was als ik een dynema mussenstagje zou monteren in plaats van wat ik had (polyesther ofzo). Ook dit klopte.(jan is wat zeilen aangaat echt magisch)

Vervolgens wil ik nog even kwijt dat er inderdaad met de chronologische volgorde in mijn vorige verhaal iets niet klopte.

En verder denk ik inderdaad dat niet iedereen van het mooie zeilweer in NZ kan gaan genieten, maar je hebt ook 3 jaar gehad om hier van mij en de boot te genieten. Immers na het zomerweekend kreeg ik de inovatieprijs 2004.

Hierbij nog eenmaal voor de duidelijkheid de maten:
L.O.A. = 8.10m
Breedte = 2.10m
Hoogte boven water 6.95m
Diepgangmet deel 2 0.64/1.74m
Diepgang zonder deel2 0.45/1.20m
Roerblad op 0.45 neer 1.35m
Zeiloppervlak 28.2m2(+4m2)
Gewicht leeg maar vaarklaar 780 k.g

Verder hoop ik in de toekomst eens wat actiefoto’s en filmpjes te kunnen maken en plaatsen maar dat zal wel pas in NZ lukken qua tijd. Hopende zo weer wat licht te hebben gebracht,

Vriendelijke zeilersgroet,
Oscar Alexander.

Naschrift Redactie

Wellicht interessant te vermelden dat een standaard Cruiser Longboat van 480 kilo waterverplaatsing 15,13 vierkante meter zeil voert met een zwaard dat 35 kilogram weegt!

Om dit soort onvrijwillige baden die bij testen helaas onvermijdelijk lijken in de alledaagse Drascombe praktijk te voorkomen zijn een aantal, voor de meeste Drascombes geldende tips te geven.

  • Reeft altijd tijdig en begin daarbij, indien aanwezig, met met een aantal rollen om het rolfok profiel, u wint snelheid en vaart veel comfortabeler. De rol/reef fok is daar op gesneden;
  • bij aantrekkende wind op ruime koersen als eerste de druil bergen of diep reven (om de mast rollen). Daardoor wordt wreed gedrag op de helmstok en mogelijk uitbreken voorkomen;
  • op ruime windse koersen slechts een puntje zwaard steken. Hierdoor vaart het schip veel rustiger, is koersstabiel en hebben golven en brekers geen vat op het onderwater schip. Zelfsturen in een bijvoorbeeld een Coaster is dan mogelijk tot eind Beaufort 4!;
  • bij aantrekkende wind op aan de windse koersen het zwaard wat intrekken. Het verplaatst zich naar dan achteren maar gaat nog niet echt omhoog. Hierdoor vermindert de toegenomen loefgierigheid terwijl de driftbeperking in tact blijft;
  • in al ons bekende kenteringen stond de grootschoot vast en bleek niet snel genoeg te lossen. Vaar deze op de hand! Ook de fokkeschoot lossen werkt in een bijna-kenter situatie vaak verhelderend daar het schip dan tijdens het overeind komen met de kop in de wind draait.


Redactie ElectroBaD