Verslag Lymfjordentocht, juni 2008

Dat hebben wij natuurlijk allemaal wel eens, leedvermaak over stomme dingen die anderen met hun Drascombe uithalen. Zo heb ik mensen gezien die op de helling bij het te water laten de hele trailer loskoppelden en vervolgens het hele gespan in het water zagen drijven. De boot houdt de zaak dan gelukkig nog wel even boven water.

Maar nu waren wij dan zelf aan de beurt. Wij hadden een heerlijke tocht gehad en zonder problemen na twee weken weer terug in Doverodde, de haven van vertrek van het Limfjorden flottielje. Onze Drifter Dulcibella uit het water zeulen was een fluitje van een cent. De mast lieten wij maar even staan, dan kon de buiskap erop blijven vanwege het plan om de nacht van vrijdag op zaterdag te bivakkeren op het haventerrein zodat wij zaterdagochtend direct weer met de hele club konden vertrekken. Alleen nog even naar de kraan enkele tientallen meters verder om het zoute water uit de remtrommels te spoelen. En dan plots dat geknetter en een doffe klap. Even dacht ik nog, wat zijn die Denen toch vriendelijke mensen om zo met vuurwerk en knaller afscheid van ons te nemen.

Die illusie was echter van korte duur en al snel was duidelijk dat wij een elektriciteitsdraad hadden geraakt die over de weg hing. De mensen van het dorpje stroomden van alle kanten verontwaardigd op ons toe. Diepvriezers zouden stilvallen en hun inhoud moeten prijsgeven aan de opwarming, de meest kostbare teksten waren van het computerscherm gewist. Dat zou geld gaan kosten vertelde hun gebarentaal. Denen waren op dat moment voor mij een soort spinnen die onzichtbare webben spannen boven duistere paden om onschuldigen te vangen en leeg te zuigen. Enkele medewerkers van de plaatselijk elektriciteitsmaatschappij waren binnen de kortste keren ter plaatse en toen zij mij toefluisterden dat hun werk voor mij kostlos was rekenden wij de Denen weer tot de aardigste mensen ter wereld.

En dat was ook onze ervaring van die twee weken Lymfjorden onder leiding van Kurt en Regina met hun Butterfly en Frans en Margot zoals altijd met de White Seal. Klaas, initiator en tevens de enige en ware commodore had helaas moeten afhaken vanwege wat gezondheidsproblemen. Maar Klaas heeft, via Regitse, overal in Denemarken kleine huisjes en zo zijn wij samen met Johan en Els van de Zwerver in Hurup nog even bij hen langs geweest om gezellig te kouten en ze te leren hoe je televisie aanzet zodat zij de voetbalnederlaag van Holland tegen de Russen niet hebben hoeven missen.

Verdere deelnemers aan de Lymfjordentocht 2008 waren Fred en Els met de Rose des Vents, Jan met zijn Johanna en Roel met de Golfbreker. André en Annelies met de Lutra hebben na de eerste dag hun eigen route gevaren. Boudewijn en Willem trotseerden op geheel eigen wijze de elementen met De Zalm. Later hebben Jan-Maurits en Jacoba met de Riddle of the Sands zich in Nykøbing nog bij ons gevoegd.

De tocht was een succes al hadden wij vaak harde wind die de vloot soms dwong tot een langer verblijf aan de rede, maar enige chronologie zal verhelderend kunnen werken.

Donderdag 12 juni

Om 8.00 uur vertrokken uit Zwolle met Dulcibella in de sleep en dan is het verder rustig tuffen tussen de vrachtwagens in de rechter rijbaan met op de iPod marathoninterviews van de VPRO. De tijd vliegt en om 18.30 uur zijn wij in Doverodde (spreekbuis: Daurod). Klaas en Regitse wachten de club op. Bootjes te water en vroeg de kooi in.

Vrijdag 13 juni

Rustig aan vanwege harde wind. Er worden plannen gemaakt, inkopen gedaan in Hurup en Klaas en Regitse bezocht in Westervig.

Zaterdag 14 juni

Na palaver wordt besloten een begin te maken met het plan het eiland Mors te ronden en in de middag wordt vanwege krachtige wind uit het ZW besloten op de fok naar het noorden te varen, waar wij enkele uren later ankeren in de baai van Rovvig. Er blijkt een kostschool gevestigd en een leraar komt aanzeilen met een boot vol pupillen. Wij mogen desgewenst gebruik maken van hun accommodatie.

Zondag 15 juni

Met een rustig windje verder naar het noorden, zien de eerste zeehonden en passeren bij Vilsund de brug waar Klaas en Regitse ons toewuiven. Daarna gaat het op aanraden van Frans langs de zuidkust van de Thisted Bredning langs de geplooide stuwwallen met moler. Moler wordt alleen rond de Limfjord gevonden en bestaat uit resten van kiezelalgen. In moler barst het van de fossielen van zo’n 55 miljoen jaar oud. Daar hebben wij dus ook flink naar gezocht en ze gevonden. Naast fossielen zijn er vele donkere lagen in de moler, die verwijzen naar vulkaanerupties bij de oude molerzee. Dat vulkaanveld lag weer in Noorwegen op een breekpunt tussen Europa en Noord Amerika toen deze continenten van elkaar los raakten en het gapende gat van de Atlantische oceaan ontstond.

Frans en Margot leidden ons door dit sprookjesland om te ankeren in een zeer beschutte baai van Hovsør Havn.

Maandag 16 juni

‘To be or not to be, that is the question’. Wij varen vandaag door de Feggesund lans de Feggeklit. Maar zie ik daar langs gindse kliffen geen bloed naar beneden druipen? Hier heeft prins Hamlet zijn oom Koning Fegge gedood als wraak om de dood van zijn vader. Huiverend ronden wij de noordpunt van Morsø, passeren een zandplaat met honderden zeehonden en laten voor een middagstop het anker zakken in het haventje van Ejerslev. Na een kort oponthoud met het zoeken van wat fossielen steken wij over naar het eiland Livø.

Dinsdag 17 juni

Livø is een prachtig eiland vol vogels Geelgorzen) en volledig natuurmonument. Met Johan en Els het hele eiland rond gewandeld en zelfs graan zien groeien uit de tijd van 15.000 jaar voor Christus (tenminste als wij ons Deens kunnen vertrouwen).

De nacht is erg onrustig vanwege een krachtige zuidwester en onze ankerplek wordt zowat lagerwal. De hele club vlucht de haven in.

Woensdag 18 juni

Het waait nog steeds fors (5 à 6) en de meesten kiezen ervoor om op Livø te blijven. Roel met de Golfbreker, Boudewijn en Willem met De Zalm en Willem en Greetje zetten koers voor het eiland Fur. Met de boel flink gereefd zat de vaart er goed in, maar wat was dat lekker zeilen. Greetje navigeerde als vanouds en leidde de Dulcibella veilig langs de lange staart van Livø naar de Noordkap van Fur en zo door de Fursund de haven in.

’s Avonds in de havenkroeg te midden van Scandinavische mannenkoppen die zo uit een film van Ingmar Bergman leken gestapt een voortreffelijke Rødspaette (schol) gegeten die wij nog een beetje lieten zwemmen in de Riesling, maar die kwam uit de Elsas.

Donderdag 19 juni

Nog steeds erg harde wind, de havenmeester ontraadt ons naar Nykøbing te vertrekken ‘in die roeibootjes’. Daar hebben wij geen spijt van gehad, want wat een mooi museum daar in Fur.

Vrijdag 20 juni

Nog steeds erg harde wind en dus gaan wij weer een eind wandelen. Onderweg mooie wollen trui en sjaal kunnen kopen bij een schapenboerderij en de oude verzande vissershaven kunnen bekijken. Hebben wel 15 km gelopen. Tegen de avond terug in de haven leek de wind geminderd en met de rest van de Fur-vloot besloten om pal tegen wind en golven in de oversteek naar Nykøbing te maken. Roel voorop, wij er achteraan. Het ging flink te keer maar de Drifter lijkt er toch niet veel moeite mee te hebben. Wel slaat de gaffel los van de mast bij zoveel zeegang waardoor de schipper naar het voorschip moest. Beter vastsjorren voortaan.

Zaterdag 21 juni


Lekker boodschappen doen in zo’n vreemd stadje. ‘s Middags naar het prachtige Dueholm museum (een oud Johannieterkloooster). ’s Avonds komen Jan-Maurits en Jacoba aan uit Doverodde voor hun eerste week.

Zondag 22 juni
De rest van de vloot komt uit Livø aandruipen en met zijn allen bruisen wij naar Harre Vig. De volgende dag toch weer stormachtige wind zodat wij verwaaid zijn blijven liggen. Wandelen en fossielen zoeken maken veel goed. Margot, Fred en Els zijn gaan provianderen in het dorp (Harre) zodat een uitgebreide barbecue ’s avonds ons deel werd. Dinsdags een kleine oversteek naar Harre Nor en rustig wachten op beter weer.

Woensdag 25 juni

Met goede wind en moed op weg naar Venø. Lekker weer even zeilen tot aan het middaguur en toen, ja toen gebeurde er iets wat wij nog niet hadden meegemaakt: de wind was op! Dan maar naar Jegindø, een visserseiland. In de 19e eeuw bevolkt geraakt door Noordzeevissers die rustiger viswater zochten na de vele rampen met hun boten op de Noordzee. De avond werd in het Skippershus doorgebracht in grote gezelligheid en oeverloze discussie, in het algemeen ook wel aangeduid als palaver. En weer was de Rodspaette het haasje.

Donderdag 26 juni


Van Jegindø naar Agerø onder een lekkere bries. Alweer zo’n prachtig eiland met prachtige baaien waar niemand kan komen behalve Drascombes. Jan Maurits, Jacoba en Roel hebben eerst nog een rondje Venø gedaan voordat zij zich voor het laatst weer bij ons voegden. Separaat gaat het verslag over hun belevenissen van de week die hierop volgde.

Vrijdag 27 juni


Terug naar Doverodde en het begin van dit verslag.

Ik sluit af met hulde aan onze schippersvrouwen die altijd toch maar weer mede de regie voeren, sommigen vanaf de zijlijn, anderen op de voorgrond maar zonder wie geen anker vaste bodem vindt.

Willem Willems (en Greetje)
Drifter 22 Dulcibella

Ankeren bij Hovsør Havn. Klik voor vergroting