De zomerreis van de Walvis in 1999

Het plan voor dit jaar was om maar eens rustig in en op de Nederlandse wateren te blijven. In de herfst kon ik dan de najaarsbijeenkomst in Makkum bijwonen. Donderdag drie juni is het zover! ‘Wallie’ ligt tot aan z’n oksels in het water, volgeladen met voorraden en andere ‘nuttige’ dingetjes die je denkt nodig te hebben. Het nieuwe grootzeil zit op de giek! Het had wel machtig veel geld gekost, maar het zeilt een stuk beter dan de uitgelubberde oude lap die daarvoor als grootzeil doorging.

Vorig jaar om deze tijd lagen we al aan de Elbe, wat vliegt de tijd. Tegen elf uur is het zover. De lijnen gaan los. Roeiend verlaten we de haven en zeilen dan dubbel gereefd het meer op. Het weer is slecht: een flinke bries uit WZW en regen. De weersberichten zijn ook somber. Voorlopig blijven we nog maar wat in de veilige schoot van het Veerse meer. Na een rondje ‘Haringvreter’ afgemeerd in de ‘omloop’. Er is niets tegen een rustig begin.

Zondag 13 juni, zw. bewolkt, 2-3 NO, 18 gr. dr.\re. Na tien dagen zeilen op het meer liggen we nu voor anker bij de sluis. De slechtweerperiode is achter de rug, de vooruitzichten zijn gunstig. Nog tweemaal terug in de thuishaven geweest. Er waren namelijk problemen met de motor opgetreden: water in de carburateur en verkeerde bougies. Tegen drie uur gaan de deuren van de Zandkreeksluis open en krijgen we de vrijheid. Optimistisch hijs ik de zeilen en probeer ik om op de halve ‘beaufort’ uit noordoost de zandkreek uit te zeilen. Ter hoogte van boei 5 was ook dat halfje verdwenen en dreven we maar wat rond. Even de motor bij om vrij te blijven van de dijk bij ‘Katshoek’ , de ebstroom zette me gevaarlijk dicht in de buurt. Nadat het gevaar geweken was kon de motor weer uit en lieten we ons meezeulen op de eb, richting Zeelandbrug.

Na een goed halfuurtje begon het te rimpelen uit noordwest. De brug kwam nu zichtbaar dichterbij. Bij de brug een ontmoeting met een kanovaarder, die volgens mij levensgevaarlijk bezig was. Hij probeerde tegen de stroom onder de brug door te peddelen, door vlak langs de pijlers te varen. En dat is nu juist de plek waar de stroom het sterkste en gevaarlijkste is. Na de brug, we liepen inmiddels ruim zes knopen hard aan de wind (GPS), werd het tijd voor het tweede rif in het grootzeil. Het is altijd hollen of stilstaan met de wind. Het is windstil of de stront waait gelijk van de dijk! Onder de druil bijliggend werd de klus geklaard. Onderwijl ging de gedachte door mijn kop; hopenlijk heeft de vrolijke peddelaar veilig de haven van Kats bereikt. Dat was in ieder geval de richting die hij opging. Tegen acht uur kwamen de gele tonnen van de Oosterscheldekering in zicht en konden we na een fijne pittige tocht de Roompothaven binnen lopen. Ik ben altijd blij als we veilig de tonnen van de kering voorbij zijn; je zult maar op een loeiende stroom onder de schuiven door getrokken worden. Brrr, ik moet er niet aan denken! Eenmaal ben ik, van zee komende, in potdichte mist terecht gekomen. En dan is de wetenschap dat de kering vlakbij is bepaald onplezierig. Dan is een waypoint van de haveningang en een GPS’je toch wel een uitkomst.

Afgemeerd aan een stalen ponton van R.W.S. Voor mij lag een zeiljacht met een gecombineerde Hollands-Duitse bemanning. Ik werd gelijk voor een, twee bier uitgenodigd en ook een groot bord chili-concarne stond gelijk voor me klaar. Dat is nou eens met de neus in de boter vallen. Ze gingen morgen vroeg op het tij richting Engeland. Mijn plannen voor Stellendam buiten om, vervaagden een beetje door de inmiddels straffe noord noordoosten bries die er stond. De weerberichten gaven voor de eerstvolgende dagen dezelfde windrichting aan. En na al die biertjes lokte ’s morgens om vier uur uit de veren ook niet zo erg.

Maandag 14 juni, zonnig, onbew., 3-4 NNO, 20-25 graden. Prachtig weer. De luiheid heeft weer gezegevierd! De wekker liep gehoorzaam af om vier uur. Maar na emmerbezoek (bonen) en een blik naar buiten, won de warme slaapzak het. Als excuus kan ik alleen maar aanvoeren dat de windrichting me niet aanstond. Tegen tien uur waren we klaar voor vertrek en voeren we onder zeil de haven uit. Het werd een aan de windse koers richting Zierikzee. Tegen twaalf uur lagen we dwars voor Zierikzee en konden we halve wind zeilen. Het grootzeil ging er tussenuit, het kon niet lang genoeg duren. Plus minus 14.30u afgemeerd, na een fijne tocht, in het kleine haventje van Stavenisse. Douchen en wasgoed wassen.Dinsdag 15 juni, zonnig, onbew., 2-5 NW. Prachtig weer. 06:00u overal. Tijdens het wakker worden kreeg ik een slim ideetje. Waarom niet nu, tijdens hoogwater, naar buiten en met afgaand water een plekje zoeken op ‘de slikken van de Dortsman’. Dan kunnen we daar het droogvallen beleven. Met de vloed kunnen we dan weer verder, richting Bruinisse. En alzo gedaan, het is nu 07.45u en we liggen voor anker op 51#186; 35′ 34 3″ NB 003° 59′ 07 EL, en beleven bij prachtig weer het droogvallen. Ik heb een prachtige panoramablik over het gehele Oosterscheldegebied: Zierikzee, Zeelandbrug, Kats en de Zandkreek!. Alles is in de kijker. Om ongeveer 10:15u liggen we droog en kunnen we een wandeling over de ‘Dortsman’ maken. Wat buurten bij een platbodem die een paar honderd meter verderop ligt. De schipper was bezig om met zwarte kit zijn onderwaterschip dicht te stoppen. Dat moeten de milieubaasjes ook niet zien. Maar hij was wel super voorzichtig bezig.

Bij het teruglopen stootte ik mijn linkerhiel nog flink aan een verborgen stuk oesterschelp. Tegen 13:00u was er weer water onder de boot. Hopelijk komt er ook wat wind, want het is nu bladstil. Het water is vol met jagende harders, een grote karperachtige vis. Doodstil zittend komen ze tot vlak bij de boot. Jammer dat ik geen schepnet bij de hand heb, een lekker stuk verse vis zou er vanavond wel ingaan. Tegen 14:00u spijker uit de grond en op voorzeil en druil de geul uit. Er moest wel met de riem gestuurd worden. In ‘de Keeten’ aangekomen, verdween het zuchtje wind wat ons de geul had uitgebracht weer. Druil en fok weg en en het grootzeil omhoog. En zo lieten we ons weer meedriften op de vloed. Ter hoogte van boei 19 kwamen de eerste rimpeltjes uit N.W. En na de rimpeltjes stond er al snel een dikke vijf; het werd weer werken geblazen. Onder vol tuig kon ‘Wallie’ zich eens goed uitleven. Prachtig zeilen! We kwamen nog vol in een veld van wedstrijdboten terecht. Ik voelde me ook een beetje een racer.

Bij Bruinisse viel het besluit om door de sluis te gaan en een ronde Grevelingen te maken. Schutten en afgemeerd in de jachthaven. Na het afmeren moest eerst de belangrijkste klus afgehandeld worden. Mijn voet moest onder het mes. Het is natuurlijk wel leuk om met blote voeten over een plaat te banjeren, maar mijn hiel zit nu wel vol met resten van de oesterschelp. En dat begint goed zeer te doen bij het staan en lopen. Eerst een heet sodawaterbad om de wonden te ontsmetten en soepeler te maken. En dan met mijn zakmes snijden en peuteren om de grote stukken eruit te krijgen. De kleine reststukjes moesten met een pincet verwijderd worden. De patient werd ondertussen rustig gehouden met een pint rum! Operatie gelukt!! Patient overleden!

Woensdag 16 juni, zonnig, onbew. var. 2-4, 25-30 graden, prachtig weer. 05.00u overal. De wind was oost, bezeild naar Brouwershaven. Het plan was om aldaar een oude zeilkameraad op te zoeken. Het probleem is groot: blijven we in de haven tot acht uur om havengeld te betalen, of gaan we sluipsgewijs op stap om te profiteren van het zalige briesje en de prachtige zonsopkomst? Eenmaal raden wat wint! Lijnen los en roeiend de haven uit. Het was even spierballenwerk om tegen de wind de haven uit en vrij van de westelijke pier te komen. Maar daarna kon de druil en het voorzeil ontrold worden en begon het grote genieten. Op een vroege vissersboot na was het hele meer leeg! De zeilen wat trimmen om ‘Wallie’ zelfstuurbaar te maken en daarna kon de koffie en de muesli geserveerd worden. Tegen elfuur kon er na een fijne trip afgemeerd worden in Brouwershaven. De boot van Koos, mijn zeilkameraad, was niet aanwezig in zijn box. Die was dus ook aan het zwerven. De dag werd verder zoet gebracht met victualien inslaan en biertjes lurken op het terrasje. Het was te heet voor actie.

Donderdag 17 juni, zonnig, I -2 ZW naar 5-6 NW, 15-20 graden. Prachtig weer. 05.00u overal. 0745u afgemeerd bij het havenkantoor en havengeld betaald. Brouwershaven is vrij prijzig. Fl 15,85 voor een nacht. Daarna koers op het Springersdiep en vervolgens via Ouddorp en ‘De hals’ weer richting sluis. De inmiddels noordwesten wind was fors geworden en ook de zon verdween achter donkere wolken. Het werd tijd voor een extra jas. We zeilden onder druil en voorzeil. Ter hoogte van ton G.9/H2 kon de druil weg en vervolgde ‘Wallie’ zijn weg onder het voorzeil alleen. De brug van Bruinisse kwam alras in het vizier. Het was om twee uur laag water aan de andere kant, dus dat kwam goed uit. Om 14:30 waren we door de sluis en gelijk weer onder zeil. Ik was wel de enige! De rest van de zeilers bleef op de motor verder tuffen, richting ‘Krammer Sluis’. Het was zeker te veel werk om de rolzeilen uit te rollen. Om 15:30 waren we door de sluis en ging het bruisend verder richting ‘Volkeraksluis’. Voor ‘Ooltgensplaat’ aangekomen viel het besluit om de nacht in dit aardige haventje af te meren. Het havenkantoor is gevestigd in het gezellige kroegje op de hoek van de haven. En dat komt goed uit als je dorstig bent. Maar helaas de tijden veranderen, het kroegje was gesloten en zocht een nieuwe eigenaar. Het havengeld moest voldaan worden in een keurig nieuw gebouwtje (tevens badhuis) en was verhoogd naar twee gulden de meter. Mijn zes meter dertig werd nog wel naar beneden afgerond.

Vrijdag 18 juni, half bewolkt, 2-4 NNW 15°- 22°, droog prachtig weer. Na een rustige ochtend om 11:30 door de sluis en op een lekker briesje uit NNW koers gezet op de Biesbosch. Ik moet in Drimmelen op de camping, een huisje huren. Volgende week komt de vriendin weer een paar dagen op bezoek. Na een fijne zeiltocht (het Hollandsdiep is als het bezeild is een fijn vaarwater) om acht uur voor anker in een dood lopend geultje van ‘het Steurgat’. We hebben gezelschap van een familie waterkonijntjes, zoals de Belgen dat zo mooi uitdrukken. Wij noemen ze Bisamratten. Bij onze zuiderburen staan ze ook vaak op de spijskaart. Ze schijnen goed te eten te zijn.

Zaterdag 19 juni, zonnig en onbewolkt. v ar. 10°- 25° droog prachtig weer. Om 07:00 overal. Het is een prachtige frisse ochtend. Het is totaal windstil met een wolkenloze hemel. Tenminste zover ik kan zien. Het geultje is een juweeltje, een meter vijf zes breed en smal toelopend. Aan de ene kant mans hoogriet en aan de andere kant prachtige oude bomen met over het water hangende takken. Alom gekwinkeleer van vogels en op de achtergrond een koekoek. Je waant je zo in het Amazone gebied, het enige wat je mist is een slang in de bomen en een krokodil in het water. Ik moet het doen met waterkonijntjes. Maar dat is ook best leuk. Tegen elf uur afgemeerd in de oude haven van Drimmelen. Trekkershutje gehuurd op de camping, een vers getapt pilsje en dan weer onder zeil. Het plan was om via de Bergse- en Andelse Maas naar Gorkum te zeilen en vervolgens via de Merwede en Werkendam, de Biesbosch weer in te duiken. Een rondje om het land van Altena. De wind bleef slap uit het westen zuchten, het werd dus een tocht met geduld. Het is toeristisch gezien een leuk tripje, je moet het alleen niet in het weekend doen. Je word gek van de speedboten! Bijna de hele Bergse Maas is voor die lastposten vrijgegeven. En ze zien er ook lol in om kaarsrecht op je af te komen en pas op het laaste moment iets uit te wijken en langs je heen te schieten. Dat moet dan indruk maken op de tantes die, schaterend van de lach, hun ruggewervels kapot zitten te maken. Ook waterskiérs vinden het leuk om rondjes om een zeilboot te draaien. Ik krijg dan altijd de neiging om eens uit te halen met een roeiriem. Maar ja, je bent de wijste! Tegen acht uur op hekanker tegen een strandje aan en voor de nacht afgemeerd.

Zondag 20 juni, zonnig en bewolkt, 3-4-6B ZW-NW, 16°- 20° droog/regen. Kreeg vannacht de wind kaarsrecht op kont! Mijn hekanker lag tamelijk diep (ongeveer 10 meter) op dertig meter lijn, dus vond ik het raadzaam om het te verhalen. Er lagen wat bakken van een baggerbedrijf in de buurt die ik gisteravond, vooruitziend, al bekeken had. Er lag een lage bak met autobanden, precies een plekje voor een Drascombe. Dus begon ’s nachts om half drie de ‘verhaaloperatie’. Het is nu halftien en het bleek een verstandig besluit te zijn geweest om te vertrekken, want de wind is flink aangetrokken. Hier liggen we prima! Ongeveer 1l:15 vertrek onder dicht gereefd tuig. Eerst had ik getwijfeld de druil te reven. Maar onderweg was ik blij! Het was een felle wind, met veel uitschieters. Er waren stukken bij waar ik recht tegen de wind in moest en dan krijg je in het smalle vaarwater niet de kans om rustig te reven. Na een pittige tocht afgemeerd aan het remmingswerk van de sluis bij Woudrichem, waar we al snel tot de ontdekking kwamen dat de sluis tot september buiten gebruik was! Dat rondje om het Land Altena kon ik dus wel vergeten. In vliegende vaart terug naar de Bergse Maas, om aldaar tegen halfacht in de avond in een klein naamloos insteekhaventje, onder het plaatsje Meeuwen af te meren.

Maandag 21 juni, halfbewolkt, 2-6 NW, 12°- 20° droog/regen.Tegen 10.00 vertrek, alweer goed gereefd. Het weer is wisselvallig met veel wind en regen. Het kruisen in het door beroepsverkeer drukke vaarwater bleek wel mogelijk. Het is breed en overzichtelijk genoeg. Goed om je heen kijken en op tijd je plan trekken om de razende rakkers te ontwijken. Iets voor de afslag naar het ‘oude maasje’ kwam er een zeer dreigende lucht uit het NW opzetten en begon het te rommelen. Nog even doorgezeild, maar dan vond ik het toch raadzamer om de zeilen weg te halen en op de motor verder te gaan. En dat was goed zo, want we kregen een zware onweersbui met veel wind en regen over ons heen. Tegen 13.00u afgemeerd in Drimmelen.

Maandag 28 juni, zw. bewolkt, 2-6 ZZW dr\regen. We zijn een week verder in de tijd en liggen startklaar in de haven van Drimmelen. De vriendin is weer op huis aan en mijn plan is om koers te zetten op Stellendam. Het weer is slecht! Tegen halftwaalf voeren we dicht gereefd de haven uit en werd het kruisen op de stevige bries op uit zuidzuidwest. Ter hoogte van Lage Zwaluwe, nog twee slagen tot de scheidingston A2-NM1, moest het grootzeil er tussenuit. Er kwam een woeste bui over! Dit was geen brug te ver, maar een boei te ver. Voor top en takel het noordergat van de vissen in. Buigen voor de windgoden. Het leek wel of ze zeiden: tot hier en niet verder reyertje! Het plan voor Stellendam moest bijgesteld worden. Het Hollands diep is zowiezo geen water om te kruisen: Het beroepsverkeer is er te gevaarlijk. Voor de avond op hekanker afgemeerd in een geultje naast het doolhof. Morgen zien we wel verder.

Dinsdag 29 juni, zw. bewolkt, 3-5 ZZW, 15-20 graden, regen\dr. 06.30u. overal. Alles regen wat de klok slaat. Halfnegen lagen we weer onder zeil op een zuidelijke wind en onder een loodgrijze lucht. Het nieuwe doel werd Gorkum. Om half elf gingen we door de sluis bij Werkendam er zeilden we op druil en voorzeil de Nieuwe Merwede op. Even daarna stond ons weer een stunt van de beroepsjongens te wachten! De tekening spreekt eigenlijk voor zichzelf; ik werd op een vreselijke manier, door een oplopende vrachtvaarder met kolen, gesneden. Het schip lag zeer diep in het water, dus van een dooie hoek was geen sprake. Een tikkie gas minder en ik was de ingang van de haven voorbij geweest. Hierna had hij rustig naar binnen kunnen varen. Nee, hij begon als een wilde gas bij te geven om voor me langs te gaan. Er paste werkelijk geen tweede Drascombe tussen de pier en die klomp staal en kolen. Ook een signaal voor ‘stuurboord uit’ had hij niet gegeven. Gelukkig was de wind gunstig om de haven in te duiken. Eigenlijk had ik moeten afmeren om hem zijn vet te geven. Maar daar dacht ik pas later aan. Om ongeveer 12.30u waren we door de sluis bij Gorkum en konden de twee masten naar beneden. P.S. Ik ben nog zeer kwaad.

Maandag 5 juli, zw. bewolkt 3-5 ZW naar NW, 20\22 graden, regen, Dr. We zijn een kleine week verder in de tijd. Het is ll.45u en we zijn klaar om te vertrekken uit de ‘Sixhaven’. Het weekend benut om familie te bezoeken en om wat rond te dolen door Amsterdam. Ik ben opgegroeid in Purmerend en dat ligt op fietsafstand. Dus veel van mijn jeugd en stapherrinneringen liggen in deze prachtige stad! Hoewel ook hier de verloedering heeft toegeslagen. De Nieuwedijk en Kalverstraat waren eens prachtige uitgaansstraten, vol met leven! Nu is ’s avonds, na zes uur, alles dichtgespijkerd en loopje er met een onaangenaam gevoel doorheen. Op het binnen IJ lieten we de zeilen nog maar eens even rusten en ploften we op de motor richting sluis. Tegen 13.00u waren we geschut en zeilden we op een vriendelijk briesje uit zuidwest de vrijheid tegemoet. Dwars van Pampus was het gedaan met het bezeilde koersje! De lucht werd extra donker. De wind ruimde naar noordnoordwest en trok aan. Ook de regen liet niet lang op zich wachten. Een dubbel rif in het grootzeil en verder boksen op een aan de windse koers tot het paard. Het was koud en nat geworden, brrr!! Dwars van het paard gekomen besloot ik om in korte slagen van een kwartier koers op Volendam te nemen. Ik had ook een lange slag naar het noordoosten kunnen maken en dan op een slag terug. Maar het voordeel van korte slagen was dat ik wat zicht op de wal hield in deze regenachtige buien. Voor Volendam gekomen nam ik het besluit om bij Monnickendam op ‘de Stinkevuil’ te ankeren! Dat is op de autoweg na een heerlijk rustig plekje en goed beschut voor alle windrichtingen. Tegen acht uur kon de spijker over de muur en in de grond en was er een einde gekomen aan een fijne, maar natte en koude tocht.

Woensdag 7 juli, halfbewolkt, 2-5 ZZW, 19-25 graden. Droog! Na een rustdag in Monnickendam; wasdag en familiebezoek in Volendam, zijn we nu weer startklaar. Het weer is redelijk. Alleen wat onweersvoorspellingen in het zuidoosten. De wind zou naar het zuidoosten gaan, krimpend. Nog even naar de jachtwinkel voor een nieuw stuurkoord en dan de zeilen omhoog. Het doel voor vandaag was Enkhuizen. Op de zuidwesten wind beloofde dat een rustig bezeild tripje te worden. De kompaskoers werd na het passeren van Volendam 030 graden. De langzaam maar zeker draaiende wind naar westnoordwest deed me besluiten om wat hoger op te sturen. Dan had ik wat meer hoogte als de wind nog meer in het noorden zou gaan zitten. Maar nee; na een uurtje of wat ging de wind weer terug in de zuidwesthoek en werd feller. ‘Wallie’ liep lekker, het was genieten geblazen. Tegen drie uur waren we dwars van ‘de Leekerhoek’ en ging het grootzeil er tussenuit om de hoek bij Broekerhaven te verkennen. Goeie ankermogelijkheden bij wind uit zuidwest tot noord. Maar omdat er voor morgen noordoosten wind was voorspeld, ging ik verder naar de sluis. 16. l5u. Geschut en voor anker in de vluchthaven van Enkhuizen. Mijn favoriete plekje in de hoek achter de museumhaven was nog niet bezet. Een geliefde ankerplek, want later op de avond lag het goed vol! Onder het genot van een biertje nagenoten van een fijne zeildag.

Donderdag 8 juli, l.bew 2-3 NO, 4-5 N, 19°-25° Droog P.W! 08.15u. Anker op en roeiend de hoge wal opgezocht. Zeilen omhoog en zeilend de haven uit. Het beloofde een mooie dag te worden, de zon scheen lekker en er stond een fijn briesje uit noordoostelijke richting. Ik kon net 340° sturen, dat was goed voor Den Oever. Maar al zeilend begon de wind al snel te krimpen en aan te trekken. Na grondberoering op ‘het Kooizand’ werd het tijd om een slag naar het oosten te maken. Na een goed uur weer overstag en op een krappe noordwestelijke koers richting Medemblik! Den Oever kon ik op deze wind wel vergeten, of ik moest gaan kruisen. Een waarvoor zal ik dat doen, als er overal bezeilde bestemmingen voorradig zijn! Na een mooie pittige tocht, met één rif in het grootzeil, lagen we om 1700u voor Medemblik en konden we achter in de ‘Pekelharing haven’ afmeren. Ze weten ook hier wat prijzen zijn: fl 16,25 voor een nacht.

Dinsdag l3 juli, h.bew. 2-3 NO, 3-4NNW 210-27° Droog P.W. Weersverandering op komst! Wind draaide naar west en regen plus onweer voorspeld. Gelukkig wel in het oosten. Het weekend had ik in Vlissingen doorgebracht. Mijn vriendin huisde een weekje in mijn woning, plus dat ik een loodsboek over de Waddenzee vergeten was. ‘Vaarwijzer voor de Waddenzee’ van Jan Heuff. Ongeveer 09.45u lagen we onderzeil, koers noordnoordoost. De wind kwam uit noordnoordwest en woei met een drie viertje. Het doel voor vandaag was Den Oever!Maar naar het resultaat kijkend, van een goed uur opboksen tegen de toch wel pittige golven, besloot ik de raad van een zeer wijze zeiler op te volgen en op een bakstag koers relaxt naar de vluchthaven van Enkhuizen te zeilen. En daar te wachten op de beloofde zuidwesten wind. We hebben tenslotte alle tijd van de wereld en Den Oever loopt niet weg. Tegen drie uur kon na een rustig tochtje, het anker weer zijn plicht doen. Jammer genoeg staan we wel op rantsoen met bier, één blikje is nog daar! Het is nu zes uur, het blikje is nog steeds daar. Maar het is wel leeg! ’s Avonds een rustende postduif gevoed en gelaafd, als dank scheet hij het voorschip onder.

Woensdag l4 juli, z.bew. 3-6 WnW, 20°-25° RE/DR.Het weer ziet er ongezellig uit, de weersvoorspellingen zijn ook ongunstig. Regen en krachtige wind uit het westen. Ik weet niet wat er de laatste tijd met me aan de hand is, vroeger zou ik met zulk weer en voorspellingen gewoon gaan! Nu zit ik te treuzelen en zou liever wachten tot morgen totdat het lage druk gebiedje voorbij is. Dat komt natuurlijk ook omdat er geen tijddruk is. Het is nu 19.45u; ik ben de dag luierend doorgekomen. Mijn rantsoen muesli broederlijk gedeeld met de postduif, die mijn boot weer dankbaar als rustplaats en toilet benutte. De meeste jachten die voor anker lagen zijn blijven liggen en diegenen die uitvoeren deden dat zwaar gereefd. De wind is inmiddels wat afgezwakt en de voorspelling voor morgen en het weekend is goed.

Donderdag 15 juli, h.bew. 2-6 ZW, WnW. . 14°-24° Droog P.W. 06.30u Overal. 0.745u Anker op en de zeilen omhoog. 08.00u Waren we buiten de vluchthaven en kon ik koers nemen op de vuurtoren van ‘de Ven’. Er stond een vriendelijk briesje uit het ZW en het zonnetje scheen lekker. Niets stond een vlugge trip naar Den Oever in de weg zou je zo zeggen. Dwars van ‘de Ven’ kon ik 320° voor gaan liggen. Maar dat was jammer genoeg niet lang vol te houden; de wind ruimde naar westnoordwest en trok aan. Het werd weer hakken naar het einddoel. Al snel dacht ik weer aan die oude ‘wijze’ zeiler en zette een nieuwe koers uit van 020 graden naar de overkant. Stavoren werd het nieuwe doel. Het grootzeil ging er tussenuit, we liepen zonder een vlotte drie knopen. Sneller hoefde niet, want ik wou zo lang mogelijk van de tocht genieten. Klokslag tien uur wipte er een speels, brutaal golfje over de spiegel naar binnen en zat ik met mijn kont in het water. Verder was het fijn zeilen! Tegen twaalf uur waren we door de sluis en konden we afmeren. Den Oever moet nog maar even wachten.

Vrijdag 16 juli, h.bew. 6-7 WZW. 20°-25° Droog P.W. Het weerbericht voor onze regio was voor vandaag niet zo gunstig, bewolkt en af en toe een bui. En de wind was pittig. We nemen vandaag maar een rustdag. Je hoeft je hier in Stavoren geen moment te vervelen. Ik kan urenlang toekijken bij het sluisgebeuren. Het is heerlijk om te zien hoe sommige watersporters stuntelen bij het in- en uitvaren. Het leukste is om voor de wind naar binnen te varen en dan eerst van voren vast maken. En hoe die arme vrouwen het dan te verduren krijgen van de ‘schippers’ achterop. Soms begrijp ik niet dat er nog vrouwen meevaren. Ook in de oude haven is van alles te beleven. En dat alles voor FI 7 ,20 per nacht.

Zaterdag l7 juli, z.bew. 4-5 WZW, 20°-24° Droog P.W. 07.00u overal. De blik uit het luik vertelde me dat er nog een krachtige zuidwestenwind stond. We wachten nog maar wat af. Elf uur door de sluis. De grondkoers naar Den Oever was 285 graden. Het grootzeil had ik voorzichtigheidshalve in de haven al dubbel gereefd. En dat was goed zo. Ik vind het makkelijker om in de rust van de haven te reven, dan buiten op een wild dansende ‘Wallie’. Ook vaar ik altijd aan de wind met half opgetrokken zwaard, tenminste met veel wind, om de krachten op de zwaardkast en kielbalk te verminderen. Het meer verlijeren neem ik dan maar voor lief. Eenmaal onder zeil bleek de G.R.K. niet als kompaskoers haalbaar; ik kon krap 320 graden sturen. Dat zou me ongeveer halverwege de afsluitdijk brengen. Ik mag geloof ik niet naar Den Oever. Dan maar pal noord, richting Lorentzsluis. Je moet als zeiler buigzaam zijn. Na een fijne tocht, om half drie voor anker achter de oostelijke havenpier. Lekker in het hoekje.

Zondag 18 juli, onbew. 2-3 ZO naar Z. 20°-28° Droog P.W. 06.00u Overal. Vannacht om plus minus drie uur verhaald naar de steiger voor de sluis. De wind was gekrompen naar zuidoost. En dat zorgde ervoor dat ik gevaarlijk dicht op de keien lag. De windrichting gaf alsnog de mogelijkheid om naar Den Oever te koersen. 08.30u Onder zeil en de haven uit. Maar alras draaide de wind weer op zuidwest en zaten we na een slag aan de wind al weer tegen de dijk aan. Wat te doen; verder kruisen of terug. Ik moest op zijn laatst om twaalf uur door de sluis zijn om de volle eb te pakken. Ik wou namelijk naar Den Helder om daar bij de marinewatersportvereniging, als oud lid, een paar pilsjes te pakken en wat oude zeilmaten te treffen. Ik besloot terug te gaan en in Kornwederzand te schutten en vervolgens in Harlingen een terrasje te pikken. Het was namelijk prachtig weer geworden, alleen wat heiig. Na vlot schutten lagen we al snel weer onder zeil en konden we na een zeer-slecht-zicht-tochtje afmeren in Harlingen.

Zondag 25 juli, Zw. Bew. 2-3ZW-NW, 19-25 graden, droog p.w. We zijn een week verder in de tijd en liggen voor anker achter het eilandje Senneroog in het Lauwersmeer. We hebben een week achter de rug van slecht tot zeer slecht weer. Dat had me doen besluiten om via Leeuwarden en Dokkum naar het Lauwersmeer te varen. Ik moest namelijk bij broer Ane op de camping in Vierhuizen een woonwagen huren voor veertien dagen. De vriendin komt weer eens kijken hoe ik het maak. 15.30u afgemeerd in Zoutkamp. Douchen en dan een wandeling naar de camping. Het was daar een drukte van belang, maar gelukkig had broer Ane wel wat tijd voor me! En het fris getapte pilsje ging er ook goed in.

Maandag 16 aug., h. bew. 3-4 NW 17-20 graden, droog. We zijn weer terug op de boot en ook weer solo. Gisteren is de vriendin ook weer huiswaarts gekeerd. Victualien halen en de was in de machine smijten. Tegen twee uur waren de klusjes gedaan en gingen de lijnen los. De ‘Zoutkamperril’ moest weer eens kruisend genomen worden. Voor de nacht afgemeerd in het kleine haventje van Senneroog.

Zaterdag 21 aug., h.bew. 3-4 NW-NNO 15-17 graden dr\re. Na wat dagtochtjes op het Lauwersmeer en een tocht naar de scheidingston WG13-SGG en terug (ligt ter hoogte van de Engelsmanplaat en het Rif) liggen we nu weer in de haven van Harlingen. We zijn via het Bergumermeer weer terug gekomen. Wandelend op de haven zag ik plotseling de familie Van der Smissen , al roeiend met de ‘Pride of the Fleet’ onder de bruggen doorkomen. Roeiend werden de masten en de zeilen gezet en zeilden ze de haven uit om koers te zetten in de richting Terschelling. Het is leuk om dan de opmerkingen van de toeschouwers te horen!

Zondag 22 aug., z. bew. 3-4 NNO, 15-20 graden, droog. 07.00u overal. Het weer is niet denderend. Om 09.00u kunnen we met de eerste schutting mee om op de laatste uurtjes van de eb naar de Lorentzsluizen te zeilen. De wind was gunstig voor Den Oever! Zou het deze keer gaan lukken? Maar niet te hardop zeggen. Het is nu half negen in de avond, alles is volgens plan verlopen. Om 9.30u lagen we onder zeil in de Boontjes. Het zonnetje kwam er aarzelend bij en er woei een lekker briesje uit noordoostelijke richting. Na een vlot verlopen tochtje lagen we om 1l.30u, weer onder zeil in het IJsselmeer. De wind liet wat na. Als dat zo doorging zouden we ongeveer 16 uur over de 16 zeemijl naar Den Oever doen. Maar gelukkig, na een uurtje kwam de wind weer terug en blies ons in goed 4 uur naar Den Oever. Eindelijk zijn we dan op ons lang verwachte doel. Voor anker in het uiterste noordoostelijke hoekje van de Zuiderhaven. Prima stekkie! Vette hap koken en genieten van het avondzonnetje. Er gaat toch niets boven het ankeren in de vrije natuur! Na een rustige ankernacht waren we om 8 uur door de sluis en de brug en zeilden we de haven uit. Het beloofde weer een mooie dag te worden. Er woei een lekker briesje uit zuidoost en de zon liet zich goed zien. Een platbodem die gelijk met mij door de sluis gekomen was nam ‘het Visjagersgaatje’ en ik koos voor ‘de Wierbalg’. Een prima test om te kijken welke route het snelste was. Het werd een gelijk spel; we waren gelijktijdig bij de ruimwaterboei L W. De platbodem ging verder in de richting Oude Schild en ik zette koers op Den Helder. Ontelbare malen was ik al dienende op H.M. oorlogsbodems deze haven aangelopen, maar nu voer ik als ‘gezagvoerder’ en manusje van alles op mijn eigen bodem. Dat was toch wel een apart gevoel! Om 11 uur liepen we, vol met oude herinneringen, de haven binnen. De panorama-blik was wel verandert: geen oude kruisers, geen onderzeebootjagers en geen ‘Karel Doorman’ meer! De haven lag nu vol met moderne strak gelijnde schepen. Ze zullen wel functioneler als de oude schepen zijn, maar ik vond de oude schepen vol met dreigende kanons toch mooier! Vooral de bij slecht weer meer onder- als boven water varende jagers waren mijn lievelingsschepen. Vanuit de kombuis had je een vrije blik over zee. En dat is heel wat waard. Op de nieuwe schepen gebeurt alles onderdeks. Om 12 uur kon ik door de brug en de sluis, om even later af te meren bij de marinewatersportver. Ik werd zeer gastvrij ontvangen en al spoedig zaten we bij vele bieren oude herinneringen op te halen en vele sterke verhalen te vertellen.

Dinsdag 24 aug., bew. 3-4 O 15-20 graden dr. Tegen twaalf uur kwam er weer een beetje leven in het geraamte. Totaal van slag af! Ik kan merken dat ik ook geen achttien meer ben. Die zuipfeesten moeten we in de toekomst maar laten. Ik besloot om via het Amstelmeer terug naar De Oever te gaan. De oostenwind en de lichamelijke gesteldheid zorgen ervoor dat het onwijs zou zijn om via het wad te gaan. En nog een nacht bij m.w.v. doorbrengen was het laatste; dat zou ik niet overleven! Om ongeveer 16.30u. waren we op het Amstelmeer en kon er na een kort kruisrak nabij de Haukessluis geankerd worden. Morgen vroeg de masten naar beneden en om tien uur door de sluis.

Donderdag 26 aug., bew. 2-5 ZW, 20 graden dr. 08.00u. Overal. Tijdens de nacht een felle onweersbui met veel wind en regen. Op het ogenblik is het redelijk weer. We liggen in de jachthaven van Den Oever. De tocht gisteren, door de Wieringermeerpolder, was mooi. Twee sluisjes met een verval van vijf en halve meter en veel bos. Vooral het laatste stuk voor Den Oever. s’ Avonds na een warme douche en een stevige maaltijd was ik pas weer het heertje! Vandaag hebben we twee opties: We kunnen om drie uur schutten en op de vloedrichting Lorentzsluis of Harlingen, of over het IJsselmeer naar Makkum of Stavoren. Eerst maar de waterjerrycans schoonmaken. De groene aanslag op de bodem begon welig te tieren! Tegen twaalf uur lijnen los en onderzeil. Ik koos voor de route over het IJsselmeer; ik had geen zin in tweemaal schutten. Het was prachtig weer geworden: een stevige bries uit zuidwest en veel zon. Het grootzeil was tweemaal gereefd en de druil bleef opgerold. Onderweg driemaal een positiepeiling met het GPS Na eerder deze week urenlang rekenen gaf hij nu weer de preciese positie door! De problemen met de klokwisseling in de satelieten, daar ver boven ons hoofd, waren blijkbaar overwonnen. Het was weer groots zeilen, ik krijg er nooit genoeg van. Je kan urenlang genieten van het spel van wind en golven. Om half vijf voor anker achter de oostpier van de Lorentzsluis. Het lag niet rustig; redelijk beschut tegen de wind, maar de deining kwam de hoek om rollen. Het leek me niet prettig voor de nacht. 19.00u. Anker op en op voorzeil en druil koers op Makkum, waar we even later afmeerden in de verenigingshaven, waar ook de samenkomst was. Er lag al een Drascombe uit Varel; Duitsland. De samenkomst wordt internationaal.

Vrijdag 3 sept., zonnig en wolkenvrij, 2-3 var. oost, 25 graden, droog p.w. Wat een prachtige nazomerse dagen mogen we beleven! We zijn de week zeilend en luierend doorgekomen. Een dag een fiets gehuurd om naar Bolsward te fietsen. Victualien inslaan! Makkum is een duur oord en de Aldi is met z’n bier toch altijd nog het goedkoopst. In de loop van de dag kwamen alle Drascombes binnen varen en rijden. ’s Avonds lagen we met vijftien boten in de haven. Het was weer een gezellig weerzien met oude en nieuwe bekenden. Twee boten uit Varel en onze Schot met de Engelse vlag! Het bijpraten gebeurde tot in de late uurtjes in het kleine gezellige clubhuis, nadat het buiten te koud en te nat geworden was. Ik zit nu aan de koffie en ben in redelijke staat. Ik leer het ook nooit! Het plan voor vandaag is wat rondzeilen en een bezoek aan de kazematten aan de dijk. Terwijl ik dit zit te schrijven is het inmiddels zaterdag geworden. De wind is een twee-drietje uit oost, temperatuur 25 graden en overvloedige zonnestralen. Kortom prachtig weer! Na het palaver van elf uur stroomden de bootjes het meer op. André en Ko kwamen net op tijd om nog mee te kunnen. Het werd een prachtige zeildag; ik liet het zeilen over aan André en Ko! Mijn taak was het verzorgen van hapjes en slokjes. De kazematten lieten we de kazematten. Met zulk prachtweer in koude onplezierige bunkers rondlopen trok ons niet zo erg aan. Ik had bij Dhr. te Kloese nog een balletje opgegooid om er een tweedaagse trip naar Harlingen van te maken; het tij was 100% gunstig. Maar inmiddels had hij toch nog het diner voor vanavond bij de camping geregeld en ook de kazematten waren speciaal voor ons open. Dus dat plan ging over. We maakten er maar een retourtje Breezanddijk van en vervolgens wat rondtoeren voor de haven van Makkum. Tegen de avond liepen we de haven weer aan. Ko en André hadden voor vanavond weer een ander afspraak. De avond verliep, zoals gewoonlijk, weer reusachtig gezellig!

Zondag 5 sept., Zonnig en onbewolkt, 1-2 ZO, 15-25 graden. Droog p.w.ll.00u afscheid van alle Drascombe-vrienden en palaver voor de trip naar Den Oever. We waren met vijfboten voor de waddentocht en in Den Oever zou zich nog een Ier bij het gezelschap voegen. ‘Olle, Rietgans, Midi, Yraida en de Walvis’ waren de Hollandse schepen. Op een flauw briesje op weg naar Den Oever over het Ysselmeer. De laatste paar mijl moest de motor het overnemen. De wind was totaal op! Ik had de eer om de ‘Yraida’ te mogen slepen. Michel is nog steeds motorloos. Ong. 17.30u in span door de sluis en vervolgens op het weer slappe briesje uit zuidoost, richting ankerplek in het doodlopende gedeelte van het Amsteldiep. Voor oefening had ik de ankerplek als ‘waypoint’ in de GPS gezet en nu koerste ik op de GPS verder. Het was niet zo’n succes: hij wou me er in een kaarsrechte lijn naar toe laten sturen. Maar daar lagen dan wel een paar stukken dijk in de weg. De afstand was te lang voor 1 waypoint. Ik had meerdere boeien als waypoint moeten inprogrammeren. Om ong. 21.00u in span voor anker voor het ‘happy hour’. De GPS gaf aan dat ik nog een halve mijl te gaan had! Ik had er vrede mee. Kennis gemaakt met onze Ierse gast en onder stralende sterrenhemel happy hour gevierd. Zeldzaam mooi!! Om twaalf uur solo voor anker op een half metertje water en stil amusement.

Maandag 6 sept., zonnig onbew. 2-3 ZO naar 4 WNW, 25 graden, droog p.w.04.10u HW. 06.00u overal en om 07.00u start voor de trip buiten om Texel richting Cocksdorp. Het slappe briesje uit zuidoost was nog steeds van de partij. Het was meer de stroom die ons de goede kant op duwde. De wind ruimde gaandeweg naar westnoordwest en trok wat aan. Om ong. ll.00u waren we dwars van Den Helder en hadden we wat moeilijkheden om voorbij een ankerend fregat van Hare Majesteit te komen. Vooral de ‘Yraida’ verdween driftig wrikkend een poosje uit beeld. Gelukkig kwam hij aan de achterkant weer tevoorschijn. Ik had gelukkig genoeg hoogte om ruim voorlangs te gaan, maar de rest moest de motor te hulp roepen. Doordat we allemaal angstvallig hoogte probeerden te houden om ‘het Molengat’ niet te missen, maakten we allen dezelfde fout door te proberen voorlangs te gaan! En dat is, vooral op stroom, geen goed zeemansschap! Daar zullen we in de toekomst aan denken. Verder kwamen we goed door ‘het Molengat’, om buiten, precies op tijd, de vloed op te pikken. De wind was intussen zo vlijtig geworden, dat ik een stuk terug zeilde om Chris van de ‘Olle’, die wat achter gebleven was, wat aan te moedigen en van een vers biertje te voorzien. Ik kan goed merken dat Wallie met zijn nieuwe grootzeil er wat harder aan trekt; hij loopt nu gelijk op met de andere boten. En op ruime koersen zelfs wat harder. Dat komt natuurlijk ook door de grotere druil die ik er op heb staan. Op de ‘Yraida’ na dan, maar die hoeft het gewicht van motor en brandstof niet mee te slepen. Tegen 5 uur voor anker bij .. ‘de Slufter’. Het plan was gerezen om daar de nacht door te brengen. Ik besloot om niet mee naar binnen te gaan. Het idee om bij westelijke winden opgesloten te zitten trok me niet zo aan. We maakten een afspraak voor ‘het Posthuiswad’. De belangstelling van de badgasten was groot toen de rest van de vloot naar binnen voer. Het komt geloof ik niet zoveel voor dat er boten in de ‘de Slufter’ liggen. Ik trok de zeilen weer omhoog en koerste richting ‘Eierlandse gronden’. De wind was goed, het zicht inmiddels wat heiig. Dwars van ‘de Nol’ kreeg ik de noordkardinaal EDN in het vizier en koerste daar op af. Vandaar uit over ‘het Robbengat’ naar de scheidingston RG2/VH1 en vervolgens via VH3 de geul in die naar het Posthuiswad voert. Op het uiterste puntje van’ de Steenplaat’ lagen nog een handvol brullende zeehonden. Prachtig! ‘de Vliehors’ is niet mooi met al die verroeste tanks en auto’s. Ter hoogte van ‘de Kroonpolders’ grondberoering; zwaard en roer omhoog en verder sturen met de riem ‘het Posthuiswad’ op. Om 20.00u kon het anker over de muur en zijn plicht doen, ongeveer 200 westelijk van de ‘White Seal’ van Frans en Margot Schaake. Ze waren vanaf Makkum gelijk het wad opgezeild. Eten koken, biertje, slapen!

Dinsdag 7 sept., h. bew. 3-4 ZW l5°-25° Droog, prachtig weer. 07.00u overal en na het ontbijt naar de ‘White Seal’ voor een bakkie koffie. Onze lotgevallen tot nu toe verteld en daarna aan de wandel richting ‘Vliehors’ en ‘Posthuis’. Na een lange tippel, ’s middags op het terras van ‘het Posthuis’, me eigen verwend met twee Wiekse Witte en gebakken mosselen met friet. ‘Het Posthuiswad’ plus omgeving is een prachtig stukje natuur.   Het is alleen jammer dat het verpest wordt door de tijdelijk overgierende straaljagers en kanongebulder. ’s Avonds tegen zeven uur kwamen de vier verloren schapen op fok en druil aangevaren. Later bleek dat Chris met de ‘Rietgans’ alweer op huis aan was. Ze waren ’s morgens om vijfuur uit ‘de Slufter’ vertrokken en via ‘het Robbenrat’ een tijstop voor Cocksdorp gemaakt. Op de vloed waren ze via’ de Steenplaat’ , ‘Vliehors’ en ‘het Lange Gat’ het ‘Posthuiswad’ op gezeild. Het werd een gezellig slot van de dag.

Woensdag 8 sept., h. bew. 2-3 ZW 15°-25° Droog, prachtig weer. Ter ere van de verjaardag van Chris hadden we weer een prachtige zomerse dag! Biertje drinken en pannekoeken eten bij ‘het Posthuis’ en ’s avonds ‘happy hour’ op de ‘Olle’.Donderdag 9 sept., onbew. 3-4 WNW 15°-2oo Droog, prachtig weer. 0.700u overal en afscheid genomen van Frans en Margot. Kornwerderzand was hun doel. l4.00u een tocht over ‘de Vliehors’ met een strandtruck; het reddingshuisje bezocht. s’ Avonds om halfnegen gingen de ankers uit de grond voor een nachttocht naar ‘de Richel’. Ongeveer 23.45u gingen we na een mooie doch licht enerverende trip voor anker achter de plaat. In de stikdonkere nacht raakte ik een beetje de richting kwijt op het laatste stukje. Ook al omdat de andere boten zeer weinig licht voerden. Alleen de Ier was met een groot toplicht uitgerust. Te goed vertelde hij later; want hij had geen goed nachtzicht! Maar dankzij een rondsprintende Chris kwamen we allemaal op de goede plaats terecht. Je kan wel merken dat hij gewend is om in het donker veilig vliegtuigen aan de grond te zetten. Twee uurtjes later lagen we droog en kon er geslapen worden. De arme ‘Wallie’ lag op de inmiddels wat aangetrokken wind wel wat te bonken op het keiharde zand voordat hij droog lag.

Vrijdag 10 sept., onbew. 3-5ZO, 15-25 graden, droog p.w. 05.00u overal. Het vroege ontwaken was te danken aan het bonken op het zand; het deed tot in de ziel zeer!! Het duurde gelukkig niet lang. Eerst maar koffie en ontbijt en dan het grootzeil dubbel reven, plus het druiltje. Om half negen anker uit de grond en start voor het korte tripje naar Terschelling. Ik was blij dat de zaak goed gereefd was; de rest van de vloot volgde al gauw mijn voorbeeld. Kruisend ‘het Franse Gaatje’ uit en vervolgens in een slag ‘de Vlieree’ over, waar een lekker zeetje stond. Vervolgens via het noordwestelijke deel van ‘de Jacobsruggen’ het ‘Schuitegat’ in om westelijk van de haven te ankeren en droog te vallen. Ik ging eerst nog even de haven in; ik kreeg plotseling de vreemde inval om af te meren voor een douchebeurt. Toen ik luidkeels over de luidspreker te horen kreeg waar ik moest afmeren en waar ik me eigen melden moest was ik in enen bekeert! Vlug rechtsomkeert en terug naar de ankerplek. Ik haalde het net nog voor het droogvallen. Vier man sterk gingen strandzeilen; Frans en ik bleven op de boten passen. Het standpaviljoen ‘de Walvis’ was een goede uitkijkpost en het bier smaakte best. ’s Avonds gezellig eten in het dorp. Het hoog water van 22.00u bracht niet genoeg water om ons vrij van de bodem te maken. Dat werd dus een nacht verplichte rust.

Zaterdag 11 sept., onbew. Zonnig, 2-3O, 15-25 grade, droog p.w. De getijdebijbel beloofde ons voor het hoog water van 10.45u veertig centimeter water meer als gisteravond. Alleen de oostenwind kon nu nog spelbreker zijn. Ik had gisteravond besloten om vandaag op huis aan te gaan. Ik moest gebruik maken van het mooie weer om zover mogelijk te komen. Negen uur was het zover; we dreven weer. Afscheid van de rest van de vloot en voor anker op dieper water. We hadden de tijd tot drie uur. Eugene en Frans met de ‘Midi’ vertrokken ook. Ze gingen richting ‘Boschplaat’ en vervolgens ook naar huis. Michel, Chris en onze Ierse gast bleven nog een dag liggen. Ze wilden nog een fietstocht over het eiland maken. 15.30u anker omhoog en driftend op het laatste beetje eb richting ‘Vliestroom’; de wind was te verwaarlozen. En dan maakte ik een klein navigatiefoutje (oude kaarten). Bij de eerste kardinaal dacht ik al bij ‘de Vliestroom’ te zijn en ging bakboord uit. Bij de volgende ton zag ik tot mijn verbazing een grote S! Dat was dus ‘de Slenk’ en geen ‘Vliestroom ‘. Op mijn oude kaart kwam de eerste kardinaal pas bij de uitgang van ‘het Schuitegat’ in de ‘Vliestroom’. ‘De Slenk’ had alleen maar een scheidingston. Ik vond het al zo snel gaan, maar door het warme weer viel het kwartje niet zo snel! Nouja, geen man overboord; dan gaan we via ‘de Slenk’! Ja Reyer,je wordt oud! Voortaan maar eerderje brilletje opzetten. Bij het volgende bezoek aan de wadden toch maar eens nieuwe kaarten aanschaffen. Met het kenteren van het tij begon ook de wind wat aan te trekken. Het werd fijn zeilen! Bij de n.kard. BSl\IN2 besloot ik ‘de Blauwe Slenk’ te nemen om de nacht in Harlingen door te brengen. Kornwerderzand via ‘het Inschot’ zou te veel nachtwerk worden. Het werd nu kruisen op de zuidoostenwind in een langzaam donker wordende avond. De zon ging prachtig vlammend onder. Halverwege de ‘Blauwe Slenk’ moesten de lampjes aan. Ook al omdat er twee vrachtschepen en de veerboot op tegenkoers lagen. ‘De Pollendam’ kon ik op de iets gekrompen wind in een slag afleggen. Voor de haven de zeilen naar beneden en op de motor naar binnen en afgemeerd in ‘de Noorderhaven’. Tot twaalfuur met een biertje buiten gezeten en wat gekletst met een voorbijganger, die vertelde dat hij vroeger ook veel met een Drascombe had gezeild.Een prachtige nazomeravond. P.S. Eigenlijk jammer dat ik al zo snel afscheid had genomen van de vloot. Het was toch wel gezellig!

Zondag 12 sept., onbew. 2-5 ZW, 18-25graden. Droog p.w. Tot twaalf uur geluierd in de haven. Twee witjes gedronken op een terrasje met uitzicht op de boot. 13.15u door de bruggen en onder zeil. Het werd kruisen op de inmiddels pittige zuidwestenwind. Halverwege begon de vloed te lopen en werd de zee warrig. Onderweg een ontmoeting met de fam. Post met de ‘Bruinvis’ en na het schutten met de ‘Skua’ van Wietse en echtgenote. Even een babbel en dan weer onder zeil. Het ging hard op een ruime wind; we vlogen richting Stavoren. Eigenlijk moest ik wat hogerop sturen om bovenwinds bij de haven aan te komen. Maar het ging zo lekker zo! Maar de straf kwam vanzelf: ik kwam ongeveer bij Molkwerum op de dijk; En de inmiddels wat gekrompen en afgezwakte wind maakte er een langdurige zaak van om voorbij de oude haven te komen. Het begon alweer te donkeren en ‘Wallie’ maakte bijna geen vooruitgang meer! Er was bijna geen wind, maar nog wel een flinke deining. Na een slag van een goed uur naar buiten waren we niet noemenswaardig opgeschoten. Zeilen naar beneden en op de motor naar binnen en afgemeerd aan het remmingswerk voor de sluis.

Maandag 13 sept., mist! naar onbew. 2-3 ZO naar 4-6NW. 18-22 graden, droog.07.00u overal. De gewoonlijke ochtendblik uit het luik liet mij een wel zeer kleine wereld zien. Potdicht van de mist! Nog maar even de zak opzoeken. Tegen 11.00u was de mist aardig opgelost en konden we onder zeil. De wind was zwak uit noordoost. Prima voor de oversteek naar Enkhuizen; we liepen ongeveer 2 knopen op grootzeil en voorzeil op de fokkeloet. Tegen 13.00u vertelde een positiepeiling met het GPS; dat we ongeveer op de helft zaten. We liepen inmiddels ook wat vlotter op een krimpende en wat aanwakkerende wind. Daar kwam alweer langzaam de vuurtoren ‘De Ven’ in zicht! Waarom gaan zulke fijne tripjes altijd zo snel? Je zou dagen zo door kunnen zeilen. Ik overwoog nog om Enkhuizen te laten vallen en koers te zetten op Lelystad. Maar het feit dat ik mijn laatste verschoningkie aan had en de jachtvereniging in ‘de Buyshaven’ een wasmachine plus droger rijk was, deed me besluiten om door te zeilen naar ‘de Buyshaven’. De jachthavens rondom Lelystad zijn zowiezo te duur voor ‘Jan met de pet’. Tegen 15.30u voor anker achter in het baaitje van de waterskibaan. Een hap en een slok en dan afgemeerd in ‘de Buyshaven’.

Dinsdag 14 sept. zw.bew. 3-4 NNW, 20 graden. Droog. 06.30u overal. Na de ochtendklusjes de wasmachines aan het werk gezet. Om 10.00u zat alles weer schoon en droog in de plunjezak. Lijnen los en om 10.45u door de sluis. Er stond een matige bries uit NNW en het zicht was slecht. De koers werd 210 graden richting Volendam. Druil weg en de fok over stuurboord op de fokkeloet. Helmstok op het stuurkoord en de rug tegen de achtermast. Het werd een rustige oversteek. Halverwege een ontmoeting met een Duits jachtje met twee opvarenden. Even een babbel en twee biertjes overgereikt! Zo’n babbel is belangrijk anders ga je, als je in je eentje bent, gauw tegen de zeemeeuwen of je eigen zitten kletsen. Om ong. 15.30u liepen we de haven van Volendam binnen. Een vlugge blik vertelde me al gauw dat alle boxen bezet waren. En omdat ik geen zin had om tegen de ongemakkelijke kademuur af te meren werd de steven weer richting havenuitgang gedraaid. Dan maar geen bezoek aan broer Wim en Doortje. Weer onder zeil en vlot langs ‘het paard van Marken’ richting vluchthaven Diemerkrachtcentrale. Om halfacht viel het anker en kwam er een einde aan een fijne zeildag. Zo langzaamaan wordt deze vluchthaven ontdekt door langparkeerders. Er lagen twee oude binnenvaarders en drie jachtjes voor anker. Zo te zien permanent bewoond. Het zal zowiezo wel niet meer zo lang duren voordat dit plekje ontdekt wordt door de ‘heren’ projectontwikkelaars en er een jachthaven verrijst! Met de IJ-burg fase l en fase 2 zijn ze al druk bezig met knabbelen aan het IJ-meer!

Woensdag 15 sept., zw.bew. Mist, heiig 2-3 NO, 20 graden. Regen\dr. Geluierd tot ll.00u. Daarna anker uit de grond en onder zeil. Kruisend op een slap briesje de vluchthaven uit. Het zicht was zeer slecht! Bij de hoek van het IJ aangekomen, was het noodzaak om de ingang goed open te zeilen; er kwam nogal wat beroepsvaart door. Na de ingang zo snel mogelijk de wal bij Durgerdam opgezocht; daar komt in ieder geval geen beroepsvaart. Na het schutten het laatste stukje naar ‘de Sixhaven’ op de motor afgelegd. Na het afmeren een hapje en een slokje en dan in de stromende regen de masten laten zakken. Het plan om het laatste stuk buitenom te gaan verviel door de slechtweer-voorspellingen en draaiende winden naar zuidelijke richting. Maar we mogen niet mopperen; de IJsselmeeroversteek was voorspoedig verlopen!

Zondag 19 sept., zw. Bew. 2-4 OZO. 12-22 graden. Droog. We liggen startklaar in de haven van Gorkum. De wind is gunstig voor een bezeilde koers naar Willemstad. Tot nu toe is de thuisreis voorspoedig verlopen. Het was toch wijs om op tijd van de wadden te vertrekken. Om 9.00u door de sluis. De sluismeester wenste me een goede thuisreis en tot de volgende keer maar weer. Het grootzeil was eenmaal gereefd; ik wou niet te vlug bij Willemstad zijn. De kilometerpalen langs de oever van de Merwede vertelden me dat ik zo’n 7 km\h maakte en dat was hard genoeg. Na een fijne tocht met een langzaam aanwakkerende wind lagen we om ong. 15.00u dwars van Willemstad en besloot ik om maar gelijk te schutten en achter de sluis te ankeren. Alzo geschiedde; voor anker lag ik redelijk beschut tegen de wind. Maar jammer genoeg kwam er nogal wat deining om de hoek rollen. De wind kwam iets te veel uit het zuiden. Na een uurtje anker op en afgemeerd aan de binnenkant van de sluissteiger. Een stuk rustiger!

Maandag 20 sept. zw bew. 5-6 ZO. 12-20 graden. Re. \dr.08.30u lijnen los en onder zeil. Het weerbericht sprak van zuidoostenwind, draaiend naar zuidwest. Dus zo vlug mogelijk van de nog waaiende wind uit zuidoost gebruik maken. Ik had gekozen voor het Schelderijnkanaal en ‘de Bergsediep sluis’. Dat had met de heersende wind voordelen. En als nu ook het tij nog wat mee wou zitten kon ik in een slag naar het Veerse Meer doorstoten. En alzo geschiedde; tegen 13.00u voor anker bij de sluis. Het kanaal was niet helemaal bezeild, dus dat was een kleine twee uur ploffen. Hoog water was om twaalfuur geweest. De meer als forse wind kwam nog steeds uit zuidoost, dus wat wil je nog meer. Grootzeil dubbel reven, druil reven en dan door de sluis. Zeilen omhoog en voort vlogen we op een hoge zee en onder een donkere lucht vol met dreigende buien! Prachtig zeilen!! De golven kwamen wat achterlijker dan dwars in, maar ‘Wallie’ bleef keurig droog. In twee uur en vijf minuten waren we bij ‘de Zandkreeksluis’, ik geloof een record. Achter de sluis voor anker en genieten van mijn laatste twee biertjes en het avondzonnetje. We zijn weer thuis!

Einde zomerreis 1999. De laatste van deze eeuw! 107 dagen uit en thuis.